Voor de groei van gras is stikstof een belangrijke voedingsstof. Te weinig stikstof vertaalt zich meteen in een lichte kleur van het gras, minder groei en een lager eiwitgehalte. Het ruw eiwitgehalte in gras is sterk gerelateerd aan de bodem, bemestingshoeveelheid en -methode maar ook aan de kwaliteit van uw grasmat.
Bodem en NLV in het voorjaar
Kunstmest samenstelling
Positieve deeltjes blijven eerder aan bodemdeeltjes hangen. Als er veel bodemvocht aanwezig is zal ammonium stikstof minder snel uitspoelen dan nitraat stikstof. Het is van belang ook de zwavelbemesting mee te nemen. Zwavel is een essentieel onderdeel van de eiwitvorming en heeft hierdoor een groot effect op de eiwitkwaliteit en de groei van het gras. Door de lagere temperaturen in het voorjaar is de mineralisatie rond de 1e snede laag. Hierdoor komt minder zwavel vrij en is het belangrijk zwavel te strooien. Interessant is dat alle finalisten van Topkuil ook zwavel strooiden in het voorjaar. Door de kunstmestgift in het voorjaar in 2 porties verdelen wordt uitspoeling beperkt en stijgt de efficiëntie.
De kwaliteit van de grasmat heeft invloed op het eiwit en DVE gehalte in het ruwvoer. Goede grassen hebben namelijk een hogere stikstofbenutting dan onkruiden. Dit resulteert in hogere opbrengsten en hogere eiwitgehaltes. Een goede kwaliteit grasmat kunt u bereiken door de huidige grasmat tijdig door te zaaien, waar onkruid staat, staat geen gras. De COUNTRY grasmengsels van DSV zaden zijn beschikbaar mét en zonder klaver. Er zijn ook mengsels die bijzonder geschikt zijn voor doorzaai zoals COUNTRY MilkMore 14 of COUNTRY Super Doorzaai.